Alles in huis
Wist je dat we op zowel gewone peutergroepen als op VVE-groepen (vroeg- en voorschoolse educatie) met thema’s werken? Iedere vier tot zes weken kiezen we een nieuw thema, zoals Lente, Eten & drinken en Ziek & gezond. Het is een uitstekende manier om de ontwikkeling van kinderen te stimuleren, op allerlei vlakken. Denk aan de sociaal-emotionele ontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling of de spelontwikkeling. Hoe het precies werkt? Dat lees je in deze blogserie. Pedagogisch medewerker Yvonne Koet trapt af en vertelt over het thema Wonen.
Dingdong! Hé, wat is dat, een deurbel? En wie herkent dít geluid…? Het doortrekken van een wc, zeg je? Ja, helemaal goed! Van het thema Wonen waar we laatst op de groep mee werkten, was dit spelletje met geluidsfragmenten van in en rond het huis misschien nog wel de leukste activiteit. Want lekker speels en grappig. De peuters lagen in een deuk bij het horen van al die rare, maar toch ook herkenbare geluiden. Het zorgde precies voor die betrokkenheid waar we naar op zoek zijn. Als kinderen op iets aanslaan, ligt er namelijk een goede basis om ervaringen op te doen – en zich te ontwikkelen.
Waar we met deze activiteit aan werkten? Wat dacht je van de taalontwikkeling. We gaven immers woorden en betekenis aan geluiden en objecten in huis. Met andere activiteiten rond het thema ‘wonen’ focusten we juist op de motorische ontwikkeling. Denk aan samen een blokkentoren bouwen, of een piramide van suikerklontjes. Voor de creatieve expressie dansten we met z’n allen op het liedje Ik woon in een huis van Dirk Scheele. Ook daar gingen de kinderen op los.
Je begrijpt, ik ben fan van themagericht werken. Het geeft houvast op de groep. Het daagt kinderen uit nieuwe dingen te ontdekken. En zorgt voor inspiratie om de speelhoeken aan te passen en te wisselen met spelmateriaal. Bovendien biedt het aanknopingspunten om ouders te betrekken. Zo vroegen we bijvoorbeeld aan ouders om een foto te maken van hun huis. Al die foto’s hangen nu naast elkaar op de groep. Dat geeft een superleuk en gevarieerd beeld van hoe ieder kind woont. Het mooie is, de peuters gaan er zelf makkelijk over in gesprek. En dat lokt dan weer spontane taal uit, over voordeuren, brievenbussen, bakstenen en stoepen.
Of we al die activiteiten uit onze duim zuigen? Nee, we gebruiken de methodiek Piramide als leidraad. Elke vier weken pikken we er een nieuw thema uit, met per week suggesties voor activiteiten. Om goed aan te sluiten bij het niveau van de kinderen op de groep geven we er vaak wel onze eigen draai aan. We skippen eens iets. Herhalen een activiteit die in de smaak viel. Of bedenken zelf iets anders wat leuk en betekenisvol is. Zoals een huisje knippen en plakken met wc-rolletjes. Een zandkasteel bouwen in de zandbak. Of een huis tekenen met scheerschuim. Zolang ‘wonen’ maar de rode draad is en alle ontwikkelgebieden voorbijkomen.
Of de peuters nu wel of niet keurig boven op het huis een dak hebben geplakt of getekend, of het geluid van een stofzuiger hebben herkend, dat maakt niet uit. Ze hoeven niet per se ergens in te slagen. Zo van, leerdoel afvinken en klaar. Spelenderwijs ontdekken, dáár gaat het om. Wat mij betreft is er niets leukers dan samen ergens induiken, je verwonderen en plezier maken. Lukt dat en staan kinderen open voor nieuwe ervaringen en kennis, dan gaat mijn ‘juffenhart’ sneller kloppen en weet ik dat ik in mijn ambities als pedagogisch medewerker ben geslaagd.
Wil jij thuis ook met een thema aan de slag? Vraag de pedagogisch medewerkers op de groep om tips. Of informeer naar de themafolders die we speciaal voor ouders hebben ontwikkeld.